De Proeverij – Een bittertje, een zuurtje

Een bittertje, een zuurtje

Bij restaurantrecensies staan vaak opmerkingen over bijvoorbeeld een bittertje, een zuurtje; wat is eigenlijk het nut van de 5 smaken? Waarom zou je ze alle 5 willen proeven in je gerecht? En hoe krijg je dat als thuiskok op een gezonde manier voor elkaar, als je zelf iets kookt?

De 5 smaken hebben elk een eigen ‘functie’ in een gerecht en een bepaald effect op je lichaam.

  • Zoet: de basissmaak, die je van jongs af aan meekrijgt (moedermelk is zoet). Het zorgt ervoor dat je het gerecht als warm en ‘behaaglijk’ ervaart. Je voegt hem toe door producten te gebruiken zoals bataat (zoete aardappel), pompoen, pastinaak, (gedroogd) fruit en ongebrande amandelen. Daarnaast met kruiden en specerijen zoals dille, anijs en vanille.
  • Zout: de smaak die ervoor zorgt dat je het gerecht beter proeft, het helder en duidelijk maakt. Teveel hiervan stompt echter juist af. Je voegt hem toe door producten te gebruiken zoals zeekraal, olijven, zalm, kaas, miso, umeboschi en zout.
  • Zuur: de smaak die eenheid in het gerecht creëert. Je voegt hem toe door producten te gebruiken zoals citroen, augurk, kappertjes, zilverui, azijn, yoghurt, cranberry, kiwi, sinaasappel en granaatappel
  • Bitter: de smaak die voor nuance zorgt (en die je alleen in kleine beetjes lekker vindt). Je voegt hem toe door producten te gebruiken zoals andijvie, witlof, spruitjes, artisjok, grapefruit, citrusschil, marmelade, cacao en hop. Daarnaast met kruiden en specerijen zoals lavendel, salie, laos, kurkuma (geelwortel) en zwarte thee.
  • Umami: ook wel ‘hartig’ of ‘scherp’ genoemd in sommige oude voedingsleren. De smaak die versterkt. Je voegt hem toe door producten te gebruiken zoals zeewier, paddestoelen, tomaat, soja(producten), walnoot, vissaus, oude kaas, gedroogde ham en laurier.

Als je alle 5 de smaken in je gerecht proeft, is de smaak ‘rond’ en vind je het gerecht lekker.

Slimme chef-koks in goede restaurants weten dat en zorgen daarvoor. Vaak door gebruik te maken van verschillende kruiden en specerijen. Je lichaam verteert eten makkelijker en beter als alle 5 de smaken erin zitten. Ook daarbij helpen kruiden en specerijen (ik schreef eerder al over kruiden en de vertering). Je prikkelt de zintuigen en houdt de aandacht bij het eten.

Maak je geen zorgen als je nog niet elke smaak lekker vindt; smaak kun je ontwikkelen.

Net als bij kleine kinderen gaat het om oefenen, herhalen. Je kunt letterlijk je smaakpapillen opvoeden. Ze groeien aan de hand van wat je ze aanbiedt. Als je dagelijks het aanbod herhaalt en misschien elke dag iets meer ervan, leer je het eten.

Kortom: elke smaak heeft zijn nut, maar vooral ‘bij elkaar’ zijn de smaken belangrijk. Zowel voor hoe lekker je iets vindt, als voor de spijsvertering. Kook en eet met smaak!

Probeer eens dit recept om je smaakpapillen te prikkelen: curry van zoete aardappel.

Extra tip: gebruik één van de boeken getiteld Smaakvrienden. In de rubriek LeesVoer lees je wat ik van het boek Smaakvrienden Groenten vind.

Wil je niets missen op het gebied van gezonde voeding? Schrijf je in voor de maandelijkse gratis voedingsmail ‘de Proeverij’ en ontvang een welkomstkado!